“Wie is meneer Kloosterboer?” vraagt Maaike.
“Zijn zoon zit bij Els in de klas. Kloosterboer runt de slagerij drie straten verderop. Een slager in hart en nieren. Via via hoorde hij over jouw hetze tegen het eten van vlees. ‘He was not amused’ om het eufemistisch uit te drukken.” Hij kijkt haar over zijn halve leesbril strak aan.
“Ik heb één les gewijd aan de omvang van het slachten. Louter feiten. Dat de kinderen geen vlees moeten eten, heb ik zeker nie ...”
“Dat zou er er nog eens bij moeten komen,” valt hij haar in de rede. “Ik begrijp goed dat Frans, eh, de heer Kloosterboer, hier niet blij mee is.”
“Ik ook, maar ik ga in mijn lessen geen rekening houden met het humeur van de lokale slachter. Dan telt het curriculum minder woorden dan zijn krijtbord met weekaanbiedingen.”
“Je humor kan je achterwege laten. Daar is de kwestie veel te ernstig voor.” Hij doet zijn armen over elkaar en leunt naar achteren.
“Ik had het over miljoenen dieren die ook niet blij zijn als ze worden geëlektrocuteerd, een pen in de hersens geschoten krijgen of onverdoofd de keel wordt afgesneden. Deze kwestie vind ik belangrijker dan de gemoedsstemming van Frans, eh, slager Kloosterboer. Bovendien zou het eind zoek zijn. ‘U ziet liever niet dat we het over de oorlog hebben, meneer Schültz?’ ‘De bezette gebieden zijn een no-go area, meneer Cohen?’ ‘De genocide op de Koer...’
Hij sluit zijn ogen en steekt beide handen met gebalde vuisten in de lucht: “Stop met die bullshit. Dát zijn belangrijke kwesties die de loop van de geschiedenis bepaald hebben, of nog bepalen.”
“Als wij kwesties als de bio-industrie en de impact op milieu en klimaat nu niet aan de orde stellen, houdt de geschiedenis voor ons binnen enkele generaties op. Ook niet geheel onbelangrijk, lijkt me.”
“Dat vind ik zó bloedirritant aan al die vegetariërs, veganisten, pectariërs, flexitariërs ... Noem al die sektes maar op. Altijd dezelfde onbuigzame mentaliteit, altijd het laatste woord willen hebben.” Hij wrijft met beide handen in zijn gezicht en zucht. Op het bureaublad zijn kleine druppeltjes spuug verschenen. “Ik wil je erop wijzen dat Frans, eh, meneer Bloosterkoel, verdomme, Kloosterboer, de school op allerlei manieren steunt: hij draagt jaarlijks genereus bij aan de schoolreis naar Texel, stelt die hele week zijn busje ter beschikking, verzorgt de catering op onze studiedagen en levert goedkoop vlees voor de jaarlijkse straatbarbecue aan het eind van de eerste schoolweek.”
“Waarmee we precies bij de oorzaak van het wereldwijde klimaat- en milieuprobleem zijn: geld. Alles is geoorloofd in dienst van Mammon.”
“Grote genade, er is met jou echt geen goed gesprek te voeren.” Hij legt zijn armen om zijn hoofd en ploft voorover op zijn bureau.
“Ik hoor graag van je hoe ik mezelf op dat gebied kan verbeteren.”
“Lui-ste-ren, ge-woon lui-ste-ren, that’s all.” Zweet parelt inmiddels op zijn voorhoofd. Hij drukt met beide handen zijn oren naar voren, wat een beeld oplevert waarbij ze moeite heeft niet in de lach te schieten. Ze controleert zichzelf en vraagt:
“In de zin van hóren wat je zegt of in de zin van dóen wat je zegt?”
“Vooral met dat laatste zou een wereld gewonnen zijn. Je bent verdomme de jongste hier op school, hebt zero ervaring.”
Ze knikt begrijpend. “Samenvattend komt het erop neer dat ik moet doen zoals de oudere collega’s doen, in mijn geval dus álle collega’s. Gelukkig zijn er in de geschiedenis figuren geweest die het juist anders deden dan hun bejaarde gidsen, de ‘rooie knopenmakers’, zeg maar. Met jouw visie hadden we nu nog in onze blote kont door de bomen geslingerd, zonder knopen van wat voor kleur dan ook.”
Hij heeft inmiddels een hoofd als een rooie knoop en briest: “Ik heb zó genoeg van dit gesprek.”
“Mag ik je eraan herinneren dat we hier zitten op jouw verzoek? Of liever gezegd, op verzoek van onze grote begunstiger, Frans, eh, de heer Kloosterboer.”
Hij schiet overeind, stampt naar de deur, gooit hem open en maakt met een wilde armbeweging duidelijk dat ze eruit moet.
Vond je deze tekst leuk? Deze schrijver wil graag meer lezers. Je kunt hem/haar op de volgende manieren helpen:
- Geef hierboven een hartje. Meer hartjes betekent meer lezers voor deze tekst.
- Laat hier beneden een reactie achter. Ook dit trekt weer nieuwe lezers aan.
- Stuur dit verhaal naar iemand die van lezen houdt.
Namens de schrijver: heel erg bedankt voor je hulp!! ❤
VOLGEND HOOFDSTUK >
Info - 1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51 - 52 - 53 - 54 - 55 - 56 - 57 - 58 - 59 - 60
Hoe het kabbelen tot hoge golven leidt. Graag gelezen. Klein dingetje: Ze controleert zichzelf is volgens mij een anglicisme.
BeantwoordenVerwijderenJe hebt gelijk: Onze Taal schaart het onder 'de twijfelachtige gevallen'. Vroeger had je de slogan: 'Bij twijfel niet inhalen!' Het wordt dus: 'Ze beheerst zichzelf.' Ik sta nooit stil bij dit soort dingen en zal de lijst van Onze Taal eens doornemen , want het zelf bedenken lijkt me onmogelijk. De volgende hoofdstukjes gaan we weer kabbelen. 😏
BeantwoordenVerwijderen