De freule heeft besloten om op deze prachtige ochtend een wandeling te maken. Zingend uit volle borst loopt zij over de bospaden, die her en der baden in het gouden zonlicht dat zich een weg baant door de open plekken in het gebladerte.
Hans heef zijn auto geparkeerd aan de rand van het bos. Hij blijft nog even zitten om zich te concentreren op de strategie van de dag. Als Hans uitgestapt is verstopt hij zich in de bosjes. Gespannen loert hij rond en spits zijn oren. Dan hoort hij de freule aankomen.
Snel neemt Hans een strategische positie in, zoals hij dat lang geleden in militaire dienst heeft geleerd.
Als hij haar ziet, gaat er een pijnlijke scheut van genot door hem heen. In opperste staat van opwinding laat hij zijn broek zakken en als de freule hem in het vizier krijgt, opent Hans met een ruk zijn ruime regenjas.
Verbaasd over dit intermezzo staat de freule stil en roept luid: 'Wel allemachtig, wat een verrassing. Laat mij je eens goed bekijken.'
Hans begrijpt er niets van. In de vele jaren dat hij potlood vent, heeft hij nog nooit zoiets meegemaakt.
Als de freule zijn vertwijfeling bespeurt, zegt zij: 'Liefje, gezien je onzekerheid en de kleine omvang van je lid, wil ik als troost een lied voor je zingen.'
De freule spreidt haar armen, opent haar mond en laat een oor pijnigende donkere alt door het bos schallen. Als het lied uit is zegt zij hijgend dat het een stuk is uit 'Die Walkure van Richard Wagner.'
Hans die van afgrijzen al die tijd zijn handen tegen zijn oren heeft gedrukt, schrikt zich rot als de freule met een hoogrode kleur op hem afkomt stevenen. Dit kan niet, dit gaat te ver. Ze moeten niet te dichtbij komen. Potloodventers zijn nu eenmaal afstandsgeilaards.
In zijn haast om weg te komen, struikelt hij over zijn broek die nog op zijn knieën hangt en valt met zijn neus in een peluw mos. Als hij zich wil oprichten, wordt hij door de freule gegrepen. Zij drukt hem tegen de grond en neemt hem van achteren.
Tijdens haar zwoegend gebeuk, valt de pruik van haar hoofd en kraait zij hijgend lieve woordjes in het oor van Hans.
Als de freule na gedane arbeid opstaat, kijkt Hans naar haar op en kreunt met een van pijn vertrokken gezicht: 'Maar u bent het. U bent meneer pastoor.'
De geestelijk die zijn pruik weer heeft opgedaan en het stof van zijn jurk slaat, kijkt Hans kwaad aan en roept met donderende stem: 'Ja, ik ben meneer pastoor en jij bent een smerige goddeloze potloodventer. Zondaar die je bent. Gaat henen en laat je nooit meer zien in het dorp, anders zal de duivel je komen halen!'
Snikkend staat Hans op, hijst zijn broek op en loopt moeizaam het bos in waarna nooit meer iets van hem vernomen is.
Vond je deze tekst leuk? Deze schrijver wil graag meer lezers. Je kunt hem/haar op de volgende manieren helpen:
- Geef hierboven een hartje. Meer hartjes betekent meer lezers voor deze tekst.
- Laat hier beneden een reactie achter. Ook dit trekt weer nieuwe lezers aan.
- Stuur dit verhaal naar iemand die van lezen houdt.
Namens de schrijver: heel erg bedankt voor je hulp!! ❤
Veel om uit te pakken...
BeantwoordenVerwijderenAllereerst, al is het maar een klein punt: de taal. Het rammelt van fouten als "De geestelijk de" en "oor pijnigend", en er zijn nog een paar meer. Ook hoort "van Richard Wagner" niet in de aanhalingstekens bij Die Walküre.
Dan het stuk zelf.
Eerst de herkenning: waarom heeft Hans niet door dat de freule eigenlijk de lokale pastoor is met een pruik op? Ze kennen elkaar blijkbaar redelijk goed zonder pruik.
Maar mijn grootste punt, en daarmee valt alles om, is dat genderfluïde identiteit hier voor de zoveelste keer wordt gebruikt als een 'grappige' plotwending, zonder verdere uitwerking. De pastoor/freule lijkt geen problemen te hebben als freule, maar uiteindelijk blijft de vraag of het allemaal alleen maar een spottend spelletje was om Hans in de val te lokken. De freule heeft trouwens ook een alt-stem. Dat is een biologisch kenmerk, geen kwestie van genderidentiteit. Iemand met mannelijke geslachtskenmerken kan hoogstens een countertenor bereiken.
Het normaliseren van dit soort scènes in een humoristische context schadelijke verwachtingen over seks en consent kan creëren.
Ook de seks tussen de twee is niet te volgen. Blijkbaar moet het een grap zijn dat verkrachting als straf wordt ingezet voor exhibitionisme, maar dat is nogal wat. Moeten we er als lezers maar vanuit gaan dat Hans volledig heteroseksueel is en de seks daarom als een straf ervaart?
En zelfs áls hij heteroseksueel is: de freule is in staat om Hans van achter te nemen, maar Hans' eerste reactie komt pas als hij na de pijn realiseert dat het de pastoor is. Er is nog vanalles mogelijk: anale simulatie, pegging...
Ik kan daar nog wel wat aan toevoegen, maar er moet zoveel veranderen aan dit verhaal dat ik daar niet eens aan kan beginnen.
Het stukje "Het normaliseren van dit soort scènes in een humoristische context schadelijke verwachtingen over seks en consent kan creëren." hoort als voorlaatste zin aan het einde van dit stuk. Anders leest het verwarrend.
VerwijderenKnippen en plakken in een klein tekstvak op je telefoon is soms even een uitdaging!
Hoi Thomas, kan je me misschien een mailtje sturen? Ik lees je commentaar nu al een tijdje en ik wil graag met je in contact komen. verhaalvdmaand@gmail.com
Verwijderen-- Maarten
De plot is verschrikkelijk, de taal is verschrikkelijk, de humor is verschrikkelijk. Wat er overblijft is ook verschrikkelijk.
BeantwoordenVerwijderenIk bedacht me nog iets.
BeantwoordenVerwijderenIk begrijp dat de redactie vrij afbeeldingen kiest bij de verhalen. Maar met dit verhaal zou ik, als ik kunstenaar was, absoluut niet mee in verband worden gebracht.
Als tip aan de redactie wil ik meegeven om de relatie afbeelding/verhaal duidelijk bij elk verhaal te vermelden. Ik waardeer het concept van samenwerking met kunstenaars namelijk enorm, maar zo houd je het wel respectvol.
Ik vind het wel een leuk verhaal. De plotwending is bizar, maar maakt het verhaal interessant.
BeantwoordenVerwijderenVoor je je woorden opschrijft, denk dan: heeft dit essentie?
BeantwoordenVerwijderen