Om van vis naar vogel te vliegen
Monade
Voor alles zijn we het water
Of het vleugelwit van schaduwvissen
Met ogen van dyade
Als de mens in open water zou leven, gelijk de vis. Dan zou niemand zich buitengesloten voelen, het is allemaal één pot nat zou een voorbij zwemmende buurman kunnen denken, dan wel in de taal der vissen. De koelte van het water altijd in een vasthoudende stroming rondom de schubben, zwemmende in een leven 'zonder luchtigheden' om de alom aanwezige gelijkwaardigheid te vieren. Het lijkt me een zegen om als vis zo openhartig te mogen eten van dezelfde, gedeelde jas. Dat schept pas echt saamhorigheid, en dat nog wel in één vloeiende beweging. Het verlangen naar een omarming daargelaten, lijkt het me wel wat.
Als ik van mens tot vis zou slinken, dan wel een klein visje graag. Ik zou niet als trofee willen dienen in de ervaren armen van een grijnzende sportvisser.
Maar neen, zoals god het water geschapen heeft zal de mens wandelen op het droge. De zwaartekracht heeft minder vat op een vis of de vogel. Gelijk het pad der zonden alleen de mens eigen is. Die wetenschap is al reden genoeg om ons zelf liefdevol af te kunnen sluiten van het lot der anderen. Dient een gesloten deur of raam om bescherming te koesteren of om de nachtelijke vrijheid vakkundig buiten te sluiten? Wetende dat er miljoenen mensen gestorven zijn voor een handvol vrijheid en een vredig tuintje. Is het ons lot om die vrijheid alleen veilig te wanen, als het ondeelbare samen, in de hermetische avondverlichting van onze huiskamer? Of is het wellicht de collectieve wil om aan een eeuwig wachtende eenzaamheid te ontsnappen, iedereen streeft er tenslotte naar om tenminste één jas aan de gezamenlijke kapstok te hangen, wie is de moeite waard om afstanden te beslechten. Het gezin als heilige driehoek vormt de naakte waarheid van ons bestaan, al is het om opgesloten in een huiskamer, elk denkbare vorm van liefde te mogen koesteren.
Opmerkzaam als ik ben, verbaasd het me dan hoeveel mensen in het vacuum van de heilige driehoek. Niets anders doen, dan liefdeloos naar hetzelfde beeld te kijken. Het heeft ook wel iets geruststellends. In een nogal eentonig ritme stralen overal dezelfde zorgvuldig opgebouwde blauw, wit of rood flikkerende led frequenties de huiskamers binnen, grootbeeld tv's lijken even troostrijk als hypnotiserend te werken. Waarschijnlijk om er een gezamenlijke reflectie in te creëren , of zichzelf als een stilleven in het wereldbeeld terug te vinden, bleek vermoeide gezinshoofden in het fel flikkerende licht, werpen schaduwen van geduld tegen de muur...en de tieners zitten in zorgvuldig gekozen hoekjes achteraf, even ingespannen als nonchalant, gevangen in hun eigen bundel van oplichtende werkelijkheid.
De realiteit als het bluchtige opentrekken van een blik erwtensoep of als een gemakzuchtig soort droom of nachtmerrie zonder dat men de moeite neemt om te slapen.
Veel meer valt er niet te lezen als ik zo naar binnen kijk, omdat er altijd de beweging is die me voorstuwt, en het overigens ook heel onbeleefd zou zijn om er al te lang bij stil te staan. Ik zou niet beschuldigt willen worden van gluren.
Dat de duisternis maar mooi is buitengelaten, lijken de verlichte ramen wel te denken want de warmte straalt tenslotte niet ver over de voortuintjes. Er is geen enkel licht dat verder reikt naar buitenstaanders en nachtelijke vreemdelingen. Enkele gordijnen worden dichtgetrokken. Een kier daargelaten.
Het geheel is niet erg uitnodigend en het hekwerk is meestal gesloten voor hen die wandelen desolaat, in het landschap waar geen wij meer is. Maar voor hen die het licht niet meer hoeven uit te klikken voor het slapen gaan, de laatste deur achter zich gesloten hebben. Is er de nacht die je even weids als met een genadeloze kilheid kan omarmen, maar om niet helemaal in treurnis te vallen, met enig geluk is er de maan, zichtbaar en witbleek als getuige van je bestaan.. Er is niets zo koud als de eenzaamheid van ware vrijheid vast te stellen, zodra men haar gevonden heeft. Verworden tot het voortbewegen van een schim in het buitengebied van de tijd, een verweerd ver- gezicht, half verborgen onder de schaduwrand van een zwarte hoed, oude hemelblauwe ogen. Het stof der eeuwen lijkt zich te verzamelen in mijn lange grijze haren, een lange vlecht die naar beneden wijst, als subtiele verwijzing naar ons voorland. Voer voor de wurmen. Het enige wat we gemeen hebben overigens. Zolang we allemaal geboren worden als slachtoffer van de zwaartekracht is er niets aan de hand, denk ik weleens. Maar dat terzijde en het ontvangst laat ik liever aan de wormen en het geduld van diepzwarte aarde.
Ontdaan van het begrip der anderen, is er niets meer dan een nauwkeurige verwevenheid met het natuurlijke geluid van elke beweging, ik luister graag naar hen, de meest kleine bewegingen, het ongehoorde geritsel, waarschijnlijk onbelangrijk voor velen maar het vormt een vriendelijk ritme, alsof bladeren in de wind mijn vrienden pogen te zijn. Terwijl de vogels meestal vluchten.
Er is niets zo koud als de eenzaamheid van ware vrijheid vast te stellen, zodra men haar gevonden heeft. Verworden tot het voortbewegen van een schim in het buitengebied van de tijd, een verweerd gezicht, half verborgen onder de schaduwrand van een zwarte hoed, oude hemelblauwe ogen. Het stof der eeuwen lijkt zich te verzamelen in mijn lange grijze haren, een lange vlecht die naar beneden wijst, als subtiele verwijzing naar ons voorland. Voer voor de wurmen. Het enige wat we gemeen hebben overigens. Zolang we allemaal geboren worden als slachtoffer van de zwaartekracht is er niets aan de hand, denk ik weleens. Maar dat terzijde en het ontvangst laat ik liever aan de wormen en het geduld van diepzwarte aarde.
Ontdaan van het begrip der anderen, is er niets meer dan een nauwkeurige verwevenheid met het natuurlijke geluid van elke beweging, ik luister graag naar hen, de meest kleine bewegingen, het ongehoorde geritsel, waarschijnlijk onbelangrijk voor velen maar het vormt een vriendelijk ritme, alsof bladeren in de wind mijn vrienden pogen te zijn. Terwijl de vogels meestal vluchten.
🐦
In essentie een mooie tekst, maar voor mij is het te warrig geschreven.
BeantwoordenVerwijderen