Om precies half acht, zijn gebruikelijke aanvangstijd, liep de Graaff naar binnen op de afdeling incasso & externe betrekkingen. Er was verder niemand aanwezig. De kleine afdeling had geen eigen manager, maar viel rechtstreeks onder de directeur rechtshulp, Arno Hoogenberg. Er stonden zes bureaus, op ieder bureau persoonlijke zaken als een koffiemok en ingelijste kinderfoto’s.
Op één bureau stond een beker met de inscriptie ‘Eerste prijs line dance toernooi regio Overijssel 2019’. De Graaff hield het erop dat dit het bureau was van de enige vrouw in het gezelschap. In ieder geval was duidelijk dat de medewerkers van incasso een vaste werkplek hadden en ook, dat nog niet was gerekend op de komst van een zevende medewerker.
Herman de Graaff nam plaats aan een bureau met daarop een foto van een jong, gebruind gezin op wat een all inclusive resort aan de Turkse zuidkust leek, logde in en schreef de volgende e-mail aan Arno Hoogenberg (‘cc’ aan Linda Kazimir)
Arno, Linda,
Ben zojuist aangekomen op mijn nieuwe afdeling. Nog niemand aanwezig. Er lijkt één bureau te weinig te zijn (of is er iemand met vakantie?). Wie gaat mij hier wegwijs maken, zowel inhoudelijk als in het systeem?
En Linda, ik begreep van jou dat de werkvoorraad hier enorm is. Lijkt het je dan niet beter dat ik me niet meer bemoei met de overdracht van mijn zaken op arbeid?
Groet, Herman
P.S.: Je weet nog wel dat over twee weken mijn vakantie begint?
De Graaffs volgende mailtje was gericht tot alle collega’s op arbeid.
Beste mensen,
Afgelopen vrijdag heeft Linda me medegedeeld dat ik ben overgeplaatst naar incasso. Deze transfer, waarnaar ik niet heb gereflecteerd, is per vanochtend ingegaan. Dat heeft mij de gelegenheid ontnomen om te zorgen voor zelfs maar een rudimentaire overdracht van mijn bestand. Gezien de hectische situatie (dixit Linda) op incasso, acht ik mij niet vrij om mijn hulp in dit opzicht aan te bieden. Overleg s.v.p. met Linda.
Rest mij voor nu om te zeggen dat ik zesentwintig jaar met heel veel plezier in jullie midden heb gewerkt. Ik wens iedereen het allerbeste!
Vriendelijke groet,
Herman
De Graaff haalde een kop koffie en begon maar eens met de reacties af te wachten. Die kwamen vanaf kwart voor acht binnen en waren in eerste instantie afkomstig van zijn collega’s van arbeid. Iedereen vond het erg jammer dat Herman was overgeplaatst, een enkeling was zo dapper om uit te spreken dat de keuze van Kazimir voor de afdeling arbeid geen gunstige was.
Om tien minuten over acht kwam de eerste nieuwe collega van incasso binnen, die De Graaff verwonderd aankeek en sprak: ‘Zo, ben je verdwaald of krijgen we er hier een topjurist bij? Gaat Peet niet leuk vinden, dat je op zijn plek zit.’
Het klonk niet als een warm welkom. Op een ander bureau had De Graaff een foto gezien van zijn nieuwe kamergenoot, samen met een jongen van een jaar of acht. Beide droegen het shirt van een lokale voetbalvereniging.
In De Graaffs plan van aanpak zou hij het hooguit een paar dagen op de afdeling incasso moeten volhouden, zolang ging hij zich niet gek laten maken. De Graaff stelde zich voor, lichtte de reden van zijn aanwezigheid toe en vroeg of er die dag een bureau beschikbaar was. Dat bleek het bureau van de line dancekampioen, inderdaad de enige vrouw op de afdeling. Zij heette Ginette en werkte niet op maandag. De Graaff besloot de komst van Peet niet af te wachten. Hij logde uit en installeerde zich aan het bureau van de vrouw. Op het toetsenbord zag hij sporen van paarse nagellak. Als er geen zevende bureau bij kwam, zou hij morgen wel verder zien.
De laatste vier medewerkers van incasso arriveerden tussen kwart over acht en half negen. Terwijl één van hen koffie ging halen en daarbij Herman de Graaff oversloeg, ontvouwden de anderen de krant van wakker Nederland. Aan het gesprek dat zich ontspon had De Graaff geen bijdrage. Dat ging over een ‘mokkel’ dat zaterdagavond op tv was geweest. In de woorden van zijn nieuwe collega Peet ‘al stond mijn schoonmoeder aan mijn hemd te trekken’.
Om kwart voor negen kwam Roelof Janssen de kamer binnenlopen, met in zijn hand een dikke, gewatteerde envelop.
‘Kijk eens aan, daar hebben we de professor ook. We winnen hier straks de Nobelprijs nog’, was het commentaar van de voetballer.
Janssen negeerde de opmerking en liep zonder opzij te kijken naar De Graaff.
‘Herman, dank voor het lenen. Anne en ik hebben ervan genoten. Die vioolsonates van Beethoven blijven een streling voor het oor.’
De Graaff glimlachte, zijn collega groeide in zijn rol. Hij had met Roelof afgesproken dat ze elkaar op het werk geen e-mails zouden sturen, onder het motto der Feind hört mit. De Graaff stopte de envelop in zijn tas, hij zou Janssen in de middagpauze treffen voor een wandeling.
Om tien voor negen ontving De Graaff een mailtje van Arno Hoogenberg.
Heb geen idee waar je het over hebt. Je hoort nog.
Arno
Een half uur later klonk in de gang het gerammel van een kar, die door twee mannen van facilitaire zaken werd voortgeduwd. Op die kar een bureau, een stoel, een telefoon en een computer. Er was nog maar nauwelijks plek voor een zevende bureau. De Graaffs verzoek om zijn bureau haaks op dat van Ginette te plaatsen werd met zichtbare tegenzin ingewilligd, omdat daarvoor eerst het bureau van de danseres moest worden verplaatst. Het ging allemaal in een laag tempo, niets verried dat de eerste prioriteit binnen de Haagsche Juristen Centrale was om De Graaff snel op incasso aan het werk te krijgen.
Nadat hij voor de derde keer die dag had ingelogd, nu in zijn eigen computer, vroeg De Graaff aan zijn kamergenoten of iemand hem op weg kon helpen. Hij had simpelweg geen idee wat hij moest doen. Daarbij zat het dossier-registratiesysteem op incasso anders in elkaar dan op arbeid. Vier van de vijf collega’s keken niet op van hun werk.
De vijfde en oudste sprak: ‘Luister, wij weten niets van jouw komst, wij hebben geen idee.’ En met een knik naar het lege bureau: ‘Morgen is de bazin er weer, zij zal het je allemaal wel vertellen.’
De anderen grinnikten. Eén ding was De Graaff duidelijk, de heren bliefden hem niet en de afwezige dame was vast niet de bazin.
‘Ga anders maar wat lezen,’ sprak Peet, terwijl hij De Graaff zijn krant aanreikte.
‘Of zet een plaatje van Beethoven op,’ vulde de voetballer aan.
In het gelach dat hierop volgde, hoorde De Graaff nog maar net de telefoon op zijn bureau. Het was Linda Kazimir, die hem in haar kamer wilde spreken.
Kazimir zat met de situatie steeds meer in haar maag. De overplaatsing van De Graaff was het idee geweest van oom Jules, de reden had hij haar niet verteld. Van grote drukte op de afdeling incasso & externe betrekkingen wist zij niet af. Hoewel het oordeel van De Graaff twee jaar geleden over haar juridische capaciteiten haar had gegriefd, wist zij diep in haar hart dat hij gelijk had. En ze was niet gek, ze zag ook dat De Graaff een kundige en ervaren jurist was.
Nu kon zij de shit van haar oom opruimen. De zomerslapte was voorbij, als iedereen er ineens vier zaken bij kreeg – en dan ook nog niet de makkelijkste – zou het gemopper niet van de lucht zijn. Zuchtend las zij het mailtje dat De Vet haar die ochtend had gestuurd.
Linda,
Geef De Graaff in je tussentijdse beoordeling een paar onvoldoendes. Verzin maar wat.
Groetjes
Jules
Kazimir zag De Graaff naderen en aangeklampt worden door zijn collega’s. Die ging natuurlijk de vermoorde onschuld spelen en daar had hij geen ongelijk in. Kazimir wist dat ze bij de meeste van haar ondergeschikten weinig respect genoot en dat zou na vandaag niet anders zijn. Aan de triomftocht van de verloren zoon moest ze snel een einde maken. Ze tikte met haar knokkels op de glazen afscheidingswand en maakte een wenkend gebaar.
‘Kom Herman, een beetje opschieten.’
De Graaff liet de deur openstaan, wat hem betrof mocht iedereen meeluisteren, pakte een stoel en sprak op beminnelijke toon: ‘Mevrouw Kazimir, waarmee kan ik u van dienst zijn?’ Hij voelde zich volledig in control.
Linda Kazimir negeerde de ongebruikelijke aanhef – anders dan haar oom werd zij door iedereen getutoyeerd, ze was dan ook pas achtentwintig – en pakte het formulier van De Graaffs tussentijdse beoordeling. Zonder haar ogen van het papier te halen, zei ze dat die beoordeling onvoldoende was op twee aspecten, t.w. professionaliteit en collegialiteit. Het eerste had te maken met de klacht van mevrouw Heikens, die zich erg geschoffeerd had gevoeld, en het tweede met de wijze waarop De Graaff op de afdelingsvergadering Inge Maaskant te kakken had gezet. Kazimir schoof het formulier over de tafel richting De Graaff en wees op de plek waar hij ‘voor akkoord’ kon tekenen.
De Graaff wachtte even voordat hij reageerde. Als het onder andere omstandigheden alleen om die beoordeling was gegaan, had hij de vloer ermee aangeveegd. Nu koos hij ervoor om zijn kruit droog te houden.
‘Linda, jij weet net zo goed als ik dat dit onzin is. Je leest binnenkort wel waarom ik dat vind. Mag ik je pen?’
De Graaff zette een streep door ‘voor akkoord’ en maakte daarvan ‘voor gezien’. Met een zwierige krul zette hij zijn handtekening.
‘O ja, nog één ding. Op incasso weet niemand van mijn komst. Zelfs Arno weet er niet van. Niemand kan of wil mij vertellen wat ik moet doen. Dit is allemaal bekokstoofd afgelopen vrijdagmiddag tussen jou en je oom. Zullen we het erop houden dat dit een onversneden degradatie is?’
De Graaff had op deze toer nog wel even willen doorgaan, maar werd onderbroken door de telefoon van Linda Kazimir. Opgelucht door de onverwachte kans om een eind te maken aan de sermoen van De Graaff, draaide Kazimir zich naar het toestel. In de display stond het nummer van Sharita Gandhi, de telefoniste van de afdeling. De naam van de cliënt die Sharita met haar ging doorverbinden, maakte aan Kazimirs opluchting meteen een einde.
‘Jezus, ook dat nog,’ hoorde De Graaff zijn cheffin zeggen.
Kazimir gebaarde dat De Graaff kon vertrekken. De verleiding om een middelvinger op te steken kon De Graaff nog net weerstaan, de deur van de kamer trok hij met een flinke klap achter zich dicht.
Vond je deze tekst leuk? Deze schrijver wil graag meer lezers. Je kunt hem/haar op de volgende manieren helpen:
- Geef hierboven een hartje. Meer hartjes betekent meer lezers voor deze tekst.
- Laat hier beneden een reactie achter. Ook dit trekt weer nieuwe lezers aan.
- Stuur dit verhaal naar iemand die van lezen houdt.
Namens de schrijver: heel erg bedankt voor je hulp!! ❤
Reacties
Een reactie posten